Normale tekstinvoer
In de modus voor gewone tekstinvoer kunt u de tekens intoetsen door een of
meerdere keren op een toets te drukken voor één teken. Als u deze invoermethode
wilt gebruiken, controleert u of
bovenaan in het display wordt weergegeven.
Druk een of meerdere keren op een toets totdat het gewenste teken wordt
weergegeven. Niet alle beschikbare tekens worden op de toetsen weergegeven.
Welke tekens beschikbaar zijn, is afhankelijk van de taal die is geselecteerd in het
menu
Taalinstellingen
(zie pagina
106
).
• Druk op
om een spatie in te voegen.
• Als de volgende letter die u wilt invoeren zich onder dezelfde toets bevindt als
de huidige letter, wacht u tot de cursor verschijnt en toetst u de letter in.
Copyright
©
2003 Nokia. All rights reserved.
50
• Als u een leesteken of speciaal teken wilt intoetsen, drukt u op
totdat
het teken verschijnt. U kunt ook op
drukken, naar het gewenste teken
gaan en op
Kiezen
drukken.
• Druk op , ,
of
om de cursor respectievelijk naar links, rechts,
omlaag of omhoog te verplaatsen.
• Als u een teken links van de cursor wilt verwijderen, drukt u op
Wis
. Houd
Wis
ingedrukt om meerdere tekens te verwijderen.
• Als u een cijfer wilt toevoegen, houdt u de gewenste cijfertoets ingedrukt. Als u
meerdere cijfers wilt toevoegen, houdt u
ingedrukt en toetst u de cijfers
in. Als u door wilt gaan met het invoeren van tekst, houdt u
ingedrukt.
• Als u wilt schakelen tussen hoofdletters en kleine letters, drukt u op
totdat de juiste indicator bovenaan in het display wordt weergegeven.
De
men
u
’s gebruiken
51
Copyright
©
2003 Nokia. All rights reserved.